Ambroos Bernard Van Landschoot, uitgeweken naar de VS

Bijdrage van Hans Van Landschoot, Knokke


Ambroos Van Landschoot (geboren in Maldegem in 1821) vertrok in 1847, samen met zijn vader Ambrose (°Maldegem 1788), naar de Verenigde Staten. Vermoedelijk reisden zij samen met een groep onder leiding van Pierre Dierickx uit Lembeke.

Deze Pierre is kort daarna teruggekomen naar België, want in 1851 reist hij samen met Bernard en Pieter Van De Kerckhove, Eduard De Grendel, Willem en Theresia Van Landschoot -twee andere kinderen van Ambroos- op de DUC de BRABANT via New Orleans, een reis die meer dan twee maanden duurt.

Waarschijnlijk waren ze naar Taos in Missouri gegaan: Pierre Dirckx was de man die de Vlamingen uit het Meetjesland daarheen probeerde te krijgen. De pastoor van Taos was in die tijd Helias d' Huddeghem uit Gent, de bezieler en stichter van deze parochie.

In 1851 zijn Ambroos en zijn zoon samen teruggekomen, maar al in het begin van de zomer 1852 vertrekken beiden opnieuw. Op 3 september 1852, na een vermoedelijke reis van ongeveer drie maand, meert het Amerikaanse schip ANTARTIC -met als kapitein A. H. Zeriga- aan in de haven van New York.

Aan boord bevinden zich 197 passagiers, waaronder Ambroos Van Landschoot, 26 jaar, en zijn vader Ambroose, 56jaar. Beiden waren smid van beroep, en staan vermeld als Amerikaanse passagiers, wat erop wijst dat ze reeds voordien in de VS geweest zijn. Via de nieuw aangelegde spoorweg reizen ze verder naar Saint Louis, Missouri.

In 1860 is er nergens nog een spoor van de Van Landschoots in Taos te vinden. Ze waren toen reeds in de omgeving van Moline, Illinois gaan wonen, waar vader Ambrose voorbereidingen trof voor de overkomst van de rest van zijn gezin. Bij de eerste Vlaamse settlers vinden we o.a. Bernard van de Kerkhove en Jacobus Cattour uit Lembeke, Constant Van Wambeke uit Tielt, Karel Van de Moortele, Bruno De Clercq, Edward D'Huyvetter en Bernard Van den Berghe uit Lotenhulle.

Op een eiland -nu Rock Island Arsenal Island- in de Mississippi River, woonden Karel Goethals en Leo Schatteman uit Lotenhulle en Frans Rommelaere uit Beernem, evenals de familie Van Landschoot. In 1854 onstaat er een grote brand op het eiland, die veel schade veroorzaakt in het commercieel centrum. Willem Van Landschoot had voor meer dan 1000 dollar schade. In totaal hadden de verschillende bedrijven voor een totaal van 25.000 dollar brandschade.

Op woensdag 27 juni 1854 verschijnt er een advertentie in de Camden Mills, waarin Ambroos B. Van Landschoot land te koop aanbiedt. Nog datzelfde jaar, op 15 augustus 1854, overlijdt zijn vader. Zijn vrouw Mary Schyvinck sterft twee jaar later, op 12 april 1856 in Camden Mills. Ambroos is later bij zijn zuster Theresia Van Landschoot gaan wonen in Stillwater, Minnesota. Theresia sterft er in 1863.

Ambrose Bernard Van Landschoot laat zich op 11 september 1861 inlijven in Company G, 10th Missouri Volunteers in Saint Louis, Missouri. Hij doet er in juni 1862, bij het houden van de wacht in Corrinth, Mississippi, een ontsteking van rheumatisme op, door constant in stormachtig weer te blijven. Hij zal er de rest van zijn leven last van hebben, en het zal uiteindelijk de oorzaak worden van zijn overlijden. Hij werd tijdens de oorlog diverse malen in het ziekenhuis opgenomen, o.a. op 11 januari 1863, toen hij zijn arm brak. Hij werd eveneens tot 8 maanden dwangarbeid veroordeeld wegens het niet opvolgen van militaire orders... Uiteindelijk wordt hij op 23 mei 1865 uit het leger ontslagen.

Op 7 april 1869 huwt hij de in Indiana geboren (maar van Pruisische origine) Mary Jane Holliet in de Saint Anthony's Church in Saint Louis, Missouri. Na hun huwelijk blijven ze waarschijnlijk tijdelijk in St Louis wonen. In 1872 reizen ze samen naar Europa, waar zij mogelijks haar familie in Pruisen bezochten. Zeker is dat ze toen naar Maldegem gekomen zijn. Amroos bezocht er hoogstwaarschijnlijk zijn broer Leo, de enige van de broers die in Belgïe gebleven was. Deze Leo stierf op 30 november 1873 in Brugge.

Ambroos vertrok uit Maldegem in de zomer van 1873, samen met zijn vrouw Mary Jane en hun 6 maanden oude zoon Ambroise III. Samen met hen reisde eveneens het gezin van August de Clerck uit Maldegem, met zijn vrouw Barbara 46 j, en de kinderen Charles 16 jaar, Petrus 4 1/2 j, Sylvia 3 1/2 jaar en Camille 1 1/2 jaar. De reis gebeurde met de steamer Rydall Hall met als kapitein R. Collins. Aan boord waren 106 passagiers.

Op 27 october 1873 komen ze aan in de haven van Philadelphia, van waaruit ze verder reizen naar Annawan, Henry Co, Illinois. Ambroos is er saloonkeeper en democraat (kiezerslijst van 1877) en later zal het echtpaar een schoenwinkel uitbaten in Atkinson, Illinois. Het word een bloeiende zaak: iedereen doet er zijn aankopen, en bij herstellingen worden de rekeningen altijd op het einde van de maand betaald. Wanneer Ambroos komt te sterven op 1 november 1883, laat hij een bedroefde weduwe achter.

In zijn testament laat hij 1000 dollar na aan Mary Van Landschoot. Aan Sylvia Van Landschoot laat hij een stuk grond (lot 5 in Block 10) in Atkinson Township na, aan William H een gouden uurwerk, een diamanten ring, zilveren lepels en vorken en een zilveren peper en zoutvatje. Dit waren alledrie kinderen van zijn broer Willem H. Van Landschoot.

Zijn vrouw krijgt alle eigendommen en persoonlijke goederen. Wanneer zij dertien jaar later zelf komt te overlijden heeft ze reeds een vermogen van 25.000 dollar, 67 acres grond in Atkinson, loten 11 tot en met 18 in block 16 in Havelock, Nebraska, 160 acres in Section 8 en 160 acres in section 16, Township 99 in Dickinson, Iowa, en de loten 3 en 4 in block 47 in Meredith, Michigan.

Dit vermogen gaat naar haar twee zussen Sophie en Mary en naar haar broer James Holliet.


Links:

Ambroos Van Landschoot als soldaat in de Amerikaanse burgeroorlog
Father Helias
Peter Dierickx
Grafsteen van Ambroos
Mary Jane, de weduwe van Ambrose Van Landschoot

Home Home   |  Geschiedenis Pagina geschiedenis